Vaccinatie kat - D.A.P NOORD WEST FRIESLAND
506
page-template-default,page,page-id-506,page-child,parent-pageid-526,qode-quick-links-1.0,ajax_fade,page_not_loaded,,qode-title-hidden,qode_grid_1300,footer_responsive_adv,qode-theme-ver-11.1,qode-theme-bridge,wpb-js-composer js-comp-ver-5.1.1,vc_responsive

Wat is niesziekte?

Niesziekte is de meest voorkomende infectieziekte bij de kat. Het is een uiterst besmettelijke aandoening die alle slijmvliezen van het lichaam aantast en waar katten flink ziek van kunnen worden. Niesziekte is een ziekte die door meerdere kiemen wordt veroorzaakt. De belangrijkste zijn het Calicivirus, het Rhinotracheïtisvirus en Chlamydia (een bacterie). De ziekteverschijnselen die deze verwekkers veroorzaken lijken zo sterk op elkaar dat ze samengevat worden onder de noemer “niesziekte”. Vaak is er sprake van een menginfectie met meerdere ziektekiemen.

Verspreiding: De ziekte wordt verspreid door katten. De belangrijkste manier van verspreiding is via kleine vochtdruppeltjes beladen met ziektekiemen die een besmette kat door te niezen de lucht inblaast. Deze druppels zijn zo klein dat ze lang (uren) in de lucht kunnen blijven hangen en over grote afstanden met de luchtstroom mee vervoerd kunnen worden. Vooral op plaatsen waar veel katten bij elkaar zitten in een kleine ruimte, zoals catteries, asiels of dierenpensions, kunnen epidemieën uitbreken. Daarnaast kan de ziekte ook worden overgedragen door besmette manden, kooien of via handen, kleding en schoenen van de mens.

Verschijnselen: De naam niesziekte is wat misleidend want niet iedere kat met niesziekte, niest ook daadwerkelijk. Niesziekte tast de slijmvliezen van ogen, luchtwegen en het maag/darmstelsel aan. Besmette katten kunnen o.a. ontstoken ogen, vieze neusuitvloeiing of zweertjes/blaren op de tong krijgen. Het geheel kan gepaard gaan met diarree. Ze hebben koorts, laten hun eten en drinken staan en niezen of kwijlen. Dieren die niet drinken, kunnen binnen korte tijd uitdrogen. Ook zijn de aangetaste slijmvliezen van de luchtwegen een vruchtbare voedingsbodem voor allerlei andere kiemen, die o.a. longontsteking kunnen veroorzaken. Vooral jonge dieren kunnen erg ziek zijn van een niesziekte infectie. Hun afweersysteem is nog niet volledig ontwikkeld en ze zijn vaak nog niet ingeënt. Toch is niesziekte – mits tijdig ontdekt – met een goede behandeling volledig te genezen.

Behandeling: Er bestaan nauwelijks medicijnen om de niesziektevirussen te bestrijden.  Dit betekent dat de behandeling er vooral uit bestaat om bijkomende infecties te onderdrukken, uitdroging te bestrijden en eventueel de patiënt dwangvoeding te geven. In onze praktijk betekent dit dat de patiënt antibiotica, ontstekingsremmers en indien nodig infuus krijgt, aangevuld met licht verteerbaar en smakelijk dieetvoer.

Wat is kattenziekte? Kattenziekte is gevaarlijk. De boosdoener is een virus. Twee tot hooguit 10 dagen nadat de kat met het virus in aanraking is gekomen wordt de kat lusteloos. De kat krijgt diarree, gaat braken en krijgt koorts. De ziekte verergert snel, de conditie van de kat gaat snel achteruit en in veel gevallen zal de kat overlijden. Kattenziekte is enorm besmettelijk. Het virus verspreidt zich namelijk razendsnel via speeksel, urine en via minuscule druppeltjes in de lucht bij hoesten of niezen. Ervoor zorgen dat de kat nooit met het virus in aanraking komt is onmogelijk. Ook katten die nooit buiten komen kunnen kattenziekte krijgen. Dit komt doordat de eigenaar, zijn huisgenoten of de visite het virus aan kleding of schoenen mee naar binnen kunnen brengen. Uitsluitend door de kat te laten inenten is het mogelijk om de kat tegen kattenziekte te beschermen.

Is het nodig om mijn volwassen kat te laten vaccineren? Ook volwassen katten hebben regelmatig herhalingsentingen nodig om hun bescherming op peil te houden. Dat schiet er helaas nogal eens bij in; bij meer dan de helft van de katten in Nederland is de bescherming tegen infectieziekten niet 100% meer. Jaarlijkse herhalingsvaccinaties zijn van belang om de bescherming op een hoog peil te houden. Het is bekend dat de beschermingsduur per ziekte verschilt. Voor niesziekte is de beschermingsduur een jaar, dus katten moeten daar echt elk jaar tegen worden ingeënt. Maar voor kattenziekte is de beschermingsduur langer. Daarom wordt uw kat daar eens in de 3 jaar tegen ingeënt. Dit geldt ook voor binnenkatten, want ook zij kunnen, eventueel via uw handen of kleding, besmet worden met deze ziekten.